ADVIESVRAGEN
Adviesvragen
Het Adviesteam Dijkontwerp krijgt uiteenlopende vragen, die veelal mee-ontwikkelen met actuele kennis. Om inzicht te geven in de thema’s waarover we adviseren hebben we hieronder een deel van onze adviezen, die mogelijk relevant kunnen zijn voor andere beheerders, samengevat. Een aantal maanden na het opleveren van een advies wordt het onderwerp aan onderstaande lijst toegevoegd, na afstemming met de vraagsteller.
Voor nadere informatie over het advies kun je contact opnemen met het betreffende project.
Overzicht adviesvragen
Vraag | Vraagsteller | Advies d.d. | Onderwerp | Samenvatting advies |
---|---|---|---|---|
Deelonderzoek erodeerbaarheid klei onder golfaanval | HWBP | 3-3-2022 | Het HWBP heeft het Adviesteam gevraagd om een review uit te voeren van de 95%-versie van het Plan van Aanpak (PvA) “Onderzoek erodeerbaarheid klei – faalmechanismes GEBU & ZST” | Het Adviesteam onderschrijft de relevantie van het onderzoek. De algemene opzet oogt ook goed: het PvA sluit aan op het “Raamwerk klei-erosie en de opdeling in fases maakt een beheerste uitvoering van het onderzoek mogelijk. Het Adviesteam doet in zijn review nog enkele aanbevelingen op projectmatig vlak (bijv. tijd reserveren voor tussentijdse herijkingen, introduceren onafhankelijke review) en enkele inhoudelijke aanbevelingen (bijv. t.a.v. onderscheid erodeerbaarheid en erosiebestendigheid, omgang met ruimtelijke variabiliteit en het relateren van deltagootproeven aan in het veld meetbare eigenschapen). |
Rijnkade Arnhem | WS Rijn en IJssel | 22-1-2022 | Bij het project Rijnkade zijn diverse kelders aanwezig die de waterkerende veiligheid met betrekking tot piping kunnen beïnvloeden. Dit heeft de vraag opgeworpen in hoeverre er door de aanwezige kelders sprake kan zijn van een waterveiligheidsopgave en/of functieverweving binnen het ontwerp van het dijkverbeteringsplan. Om dit te bepalen is een faalpadanalyse uitgevoerd. Aan het Adviesteam is gevraagd een review uit te voeren op deze faalpadanalyse en te beschouwen of de gevolgde werkwijze binnen de gangbare ontwerp- en beoordelingspraktijk voor waterkeringen past en hoe om te gaan met functieverweving. | Het uitvoeren van een faalpadanalyse past binnen de gangbare ontwerp- en beoordelingspraktijk voor waterkeringen conform het WBI/(B)OI. In het advies zijn een aantal projectspecifieke aandachtspunten meegegeven voor het uitvoeren van deze faalpadanalyse, zoals hoe om te gaan met ondergrondscenario’s en noodmaatregelen, het definiëren van elkaar uitsluitende gebeurtenissen in het faalpad en de faalkanseis voor NWO’s. In het licht van de overstromingskansbenadering is het al dan niet optreden van functieverweving niet zo relevant. Het is van belang om op basis van de aanwezige (of toekomstige) situatie tot een realistische overstromingskansbepaling te komen. |
Dijkversterking Spijk - Westervoort | WS Drents Overijsselse Delta | 23-9-2021 | Het Adviesteam Dijkontwerp heeft eerder al de conceptversie van de voorverkenning gereviewed en de bevindingen gerapporteerd. Deze vraag heeft betrekking op een review van de definitieve versie van de voorverkenning. | In de review van de conceptversie van de rapportage van de voorverkenning heeft het Adviesteam Dijkontwerp geadviseerd om een scherper beeld te schetsen van de mogelijke consequenties van de nog uit te voeren nadere analyses, met een focus op de geotechnische faalmechanismen. Dit met als doel om een scherper beeld van de aard en omvang van de versterkingsopgave te verkrijgen. De definitieve rapportage geeft nu een goed beeld van de veiligheids- en ontwerpopgave, met inbegrip van de nog resterende onzekerheden, en benodigde maatregelen. |
Hansweert | WS Scheldestromen | 16-9-2021 | Waterschap Scheldestromen is door RWS-WVL geattendeerd op toekomstige wijzigingen van de Hydraulische Randvoorwaarden. Het project Hansweert vraagt het Adviesteam hoe hier in het ontwerp mee omgegaan kan worden. | Het Adviesteam heeft geadviseerd om de onzekerheden in het licht van de beslisvraag te beschouwen. Daar waar robuuste keuzes van beperkte invloed zijn op het beslisvraagstuk kan het efficiënt/doelmatig zijn om deze robuuste keuzes te handhaven. Echter, daar waar dit niet het geval is, wordt aanbevolen om in meer detail na te gaan hoe de onzekerheden in belastingen en sterkte zich verhouden tot de ontwerpopgave. Hierbij is het van belang om alle onzekerheden (zowel mee- als tegenvallers) in samenhang te beschouwen. Voor dit project heeft het Adviesteam een overzicht van de op dat moment bekende mee- en tegenvallers geschetst. Op grond van dit totaaloverzicht is geconcludeerd dat de door RWS-WVL gemelde tegenvallers "gecompenseerd" worden door nog uit te werken "meevallers". |
Dijkversterking Spijk - Westervoort | WS Rijn en IJssel | 8-9-2021 | Het project Spijk-Westervoort voert een nadere analyse veiligheid uit om de scope aan te scherpen/in de tijd te plaatsen. Onderdeel van deze nadere analyse veiligheid is het in beeld brengen van de optimalisatiemogelijkheden voor de mechanismen GEBU en GEKB. Het waterschap heeft de betreffende rapportage ter review aangeboden. | Het Adviesteam heeft de aangeleverde documenten gereviewd. Het Adviesteam vindt de uitgevoerde analyses waardevol en acht de conclusie dat er geen substantiële opgave voor GEBU zal zijn plausibel. Ten aanzien van de presentatie van de bevindingen adviseert het Adviesteam om niet de berekeningsresultaten centraal te zetten maar vooral de duiding van de resultaten: dit helpt bij het onderbouwen van de conclusies van de analyses. |
Dijkverbetering Zwolle-Olst | WS Drents Overijsselsche Delta | 11-11-2021 | Het project Zwolle-Olst is een nieuwe fase ingegaan. Ten behoeve van deze nieuwe fase is een Technisch Uitgangspunten Notitie opgesteld, waarbij gebruik gemaakt is van de analyses/inzichten uit voorgaande fasen. | Het Adviesteam heeft een review uitgevoerd van de technische uitgangspunten en daarbij focus gelegd op het overnemen van de inzichten uit eerdere fasen. Uit de review volgende het advies om uitgangspunten meer locatie specifiek vast te leggen in plaats van generiek, omdat met generieke uitgangspunten veilige/robuuste keuzes geïntroduceerd worden. Speciale aandacht ging verder uit naar de uitwerking van optimalisaties (vooral GEKB en GEBU in relatie tot de uitgevoerde proeven). Het Adviesteam concludeerde dat het project de inzichten goed heeft meegenomen en een balans gevonden heeft tussen scherp ontwerpen en omgaan met onzekerheden. |
IJsselmeerdijk 8-3 | WS Zuiderzeeland | 2-12-2021 | Het Waterschap Zuiderzeeland heeft het Adviesteam gevraagd om een drietal notities te reviewen die zijn opgesteld in het kader van de verkenningsfase: een geactualiseerde Technische Uitgangspuntennotitie (TUN) en achtergronddocumenten over de kruinhoogtebepaling en de faalkansbegroting. | De voornaamste inhoudelijke aanbeveling ten aanzien van de TUN was om steeds aan te geven wat de onzekerheid ten aanzien van verdere optimalisaties zou kunnen betekenen voor de kansrijke alternatieven en het VKA. Ten aanzien van de kruinhoogtebepaling kwamen de adviezen er in hoofdzaak op neer om berekeningsresultaten met oog voor de fysica te beoordelen, en niet enkel op het niveau van een groot aantal berekeningsresultaten. Ten aanzien van de faalkansbegroting had het Adviesteam geen verdere aanbevelingen. |
Sterke Lekdijk | HH Stichtse Rijnlanden | 2-12-2021 | Programma Sterke Lekdijk heeft als onderdeel van zijn innovatie alliantie een Sterke Lekdijk Adviesgroep opgericht. Het Adviesteam neemt deel aan deze adviesgroep. Als onderdeel van deze rol is het Adviesteam gevraagd het strategisch ontwikkelplan rekentechnieken te reviewen. | Het strategisch ontwikkelplan rekenmethodieken is een mooi verzamelwerk geworden van relevante rekentechnieken die op het vlak van Macrostabiliteit, Piping en Bekleding spelen. Algemeen beeld is dat grotendeels goede keuzes zijn gemaakt in op te pakken ontwikkelingen. De achtergrond van deze keuzes kan beter worden beschreven. Aanbevolen wordt nader uit te werken welke bijdrage het project gaat leveren aan de doorontwikkeling van de rekentechniek. Het Adviesteam ziet als aandachtspunt voor het rapport de aansluiting op andere ontwikkelingen binnen de sector en een beschrijving van de samenwerking met andere partijen. Daarnaast verdienen ook kwaliteitsborging, toepassingsgebied van de innovatie, risico’s bij toepassing en eventuele terugvalopties nader aandacht. |
Apeldoorns Kanaal | WS Vallei en Veluwe | 19-8-2021 | In juli 2021 is als gevolg van hoog water op het Apeldoorns Kanaal een bres ontstaan in de kanaaldijk/zomerkade langs de Hoenswaard nabij Hattem. Het Waterschap Vallei en Veluwe heeft een noodreparatie uitgevoerd. De bres is tijdelijk gedicht met bigbags. Het waterschap heeft aan het Adviesteam gevraagd een review uit te voeren op het PvA voor definitieve reparatie, waarbij het Waterschap de volgende vragen heeft gesteld: 1. Hebben we voldoende aandacht besteed aan de stabiliteit van de damwand in het Apeldoorns kanaal? 2. Sluit de opbouw van de nieuwe kade aan bij de gelaagde opbouw van de oude dijk, en met name de veenlaag daaronder? | Het PvA en de toelichting daarop geven het Adviesteam de indruk dat een haalbare aanpak is gekozen die uiteindelijk zal leiden tot een stabiele kade. De volgende aanbevelingen zijn gedaan: In het PvA is aangegeven dat de bres met klei wordt gedicht. Aangegeven wordt dat mogelijk een deel van de klei onderwater moet worden aangebracht. Het aanbrengen van klei onder water is echter onwenselijk. De klei is dan niet of nauwelijks te verdichten. Mocht het niet mogelijk zijn de “put” droog te houden, dan wordt geadviseerd tot net boven de waterstand aan te vullen met zand, en pas daarboven aan te vullen met klei. Een belangrijk aandachtspunt bij de reparatie van de bres is de aansluiting met de bestaande kade. Indien mogelijk zouden aan de kopse kanten van de bres in de bestaande kade inkassingen moeten worden gemaakt om de klei goed verdicht aan te laten sluiten op de bestaande kade. Voorts is de stabiliteit van de bigbagsstapeling direct achter de damwand een aandachtspunt. De stapeling moet de waterdruk kunnen weerstaan en stabiel zijn tijdens het verwijderen van de bigbags van de noodoplossing. Monitoring van verplaatsingen van de bigbags achter de beschoeiing/damwand wordt daarom geadviseerd. |
Sterke Lekdijk | HH Stichtse Rijnlanden | 1-7-2021 | Programma Sterke lekdijken heeft als onderdeel van zijn innovatie alliantie een Sterke Lekdijk Adviesgroep opgericht. Het Adviesteam neemt deel aan deze adviesgroep. Als onderdeel van deze rol is het Adviesteam gevraagd het strategisch ontwikkelplan productinnovaties te reviewen. | Het gereviewde Ontwikkelplan getuigt van aandacht voor het gestructureerd verder brengen van innovaties. Het Adviesteam beveelt op basis van het aangeleverde document aan om in het plan vanuit de waterveiligheid en de invloed van de innovatie op de overstromingskans te blijven redeneren. Daarnaast benadrukt het Adviesteam het belang van de gebruikersfase en monitoring, ook al tijdens de ontwikkel en realisatiefase. Tot slot ziet het Adviesteam Het DijkDNA als mooi vertrekpunt voor het ontwikkelproces maar vraagt daarbij aandacht voor overlap tussen technieken onderling en aansluiting op de kennisontwikkeling buiten HDSR. |
Stadsdijken Zwolle | WS Drents Overijsselse Delta | 1-7-2021 | Voor het project Stadsdijken Zwolle is het faalmechanisme GABI (afschuiven kleibekleding binnentalud) maatgevend voor de dikte van de kleibekleding op een deel van het project. De volgende twee vragen staan centraal: 1) Hebben we de juiste uitgangspunten gehanteerd? 2) Hebben we voldoende de laatste inzichten meegenomen? | In een gezamenlijk challenge met het Adviesteam dijken, Dijkteam Zwollen en HWBP is aan de hand van een drietal profielen het faalmechanisme GABI besproken. Geconcludeerd is dat de geohydrologische uitgangspunten bepalend zijn voor de analyses. Er zijn twee denkrichtingen die kansrijk lijken: 1. Een ontwerpoplossing (‘brievenbus’ bij een groene kering of horizontale langsdrain bij stabiliteitsschermen) 2. Uitgaan van de standaard kleidikte van 0,8 m, berekenen welke waterdruk deze aankan en aannemelijk maken / onderbouwen dat dit realistisch is. Het opstellen van een faalpadanalyse wordt niet als kansrijk gezien, omdat een dijk met een zanddijk nauwelijks reststerkte heeft. |
Noordelijke Randmeerdijk | WS Vallei en Veluwe | 1-7-2021 | RWS-WVL heeft in 2021 aan Waterschap Vallei en Veluwe aangegeven dat er veranderingen (waarschijnlijk verlagingen) optreden in de (ontwerp)waterstanden voor de Randmeren (BOI; 2023). In het lopende dijkverbeteringsproject Noordelijke Randmeerdijk heeft het waterschap in de verkenningsfase al geanticipeerd op een mogelijke verlaging van de waterstanden. Het waterschap wenste bevestiging van ADO dat de reeds uitgewerkte ontwerpen nog altijd valide zijn, in lijn met de aanstaande verandering in 2023. De centrale adviesvraag aan het adviesteam was of het waterstandsverschil en het effect daarvan een aanpassing op het ontwerp van de dijkverbetering tot gevolg heeft. | "Adviesteam Dijkontwerp heeft een nadere toelichting op de achtergronden van de voorziene wijzigingen van de waterstanden gegeven en heeft verschillende handelingsperspectieven geschetst. Ook heeft het Adviesteam een inschatting gegeven ten aanzien van de kans van optredende waterstanden in relatie tot het ontwerp. Op basis van deze informatie heeft het projectteam Noordelijke Randmeerdijk bevestiging gekregen dat in het verleden op juiste wijze is geanticipeerd op de voorziene wijzigingen van de waterstanden, met als gevolg dat het ontwerp van de dijkverbetering niet is aangepast en daarmee voldoende robuust is naar de toekomst. " |
Factsheets - Kennis en innovatie-agenda | HWBP | 23-9-2021 | Het Adviesteam Dijkontwerp is gevraagd te reflecteren op een aantal factsheets met innovatievoorstellen ter voorbereiding van een overleg over de Kennis- en Innovatieagenda met De Innovatieversneller, WVL en het HWBP. | Het Adviesteam heeft voor elke factsheet een overzicht gemaakt van (1) de urgentie vanuit het oogpunt van het ontwerp van waterkeringen op basis van de overstromingskansbenadering, (2) de aansluiting op de Rode Draden, (3) aandachtspunten bij de uitwerking tot een plan van aanpak, (4) het verwachte rendement en (5) de reproductiefactor. Ook is een prioritering van de onderzoeksvoorstellen opgesteld vanuit het oogpunt van een doelmatige implementatie van de overstromingskansbenadering. |
St. Annaland | WS Rivierenland | 5-8-2021 | Waterschap Scheldestromen heeft op basis van een sparsessie met het Adviesteam een aantal (pragmatische) analyses uitgevoerd om na te gaan of er in de nabije toekomst sprake is van een versterkingsopgave (fit in verband met meekoppelkansen met een lopende ontwikkeling nabij de dijk). Het betrof nadere analyses van de benodigde graskwaliteit en stabiliteit buitenwaarts (i.c.m. met een aanwezige damwand). Het Adviesteam Dijkontwerp is gevraagd om deze analyses te reviewen. | Het Adviesteam concludeerde op grond van de aangeleverde stukken dat de analyses op een juiste wijze zijn aangepakt. Het Adviesteam heeft een aantal suggesties voor aanscherping/duiding van de analyse gedaan zodat deze generieker toegepast kan worden |
Den Oever - Den Helder | HH Hollands Noorderkwartier | 6-5-2021 | Op donderdag 22 april 2021 heeft het Adviesteam Dijkontwerp gesproken met het projectteam voor dijkversterking Den Oever-Den Helder (DODH). Tijdens het overleg heeft het projectteam een aantal vragen gesteld met betrekking tot het beoordelen en ontwerpen van de (gras-)bekleding op de dijk. Het betrof twee hoofdvragen: (i) hoe om te gaan met onzekerheid graskwaliteit gedurende beoordelingsperiode en (ii) hoe om te gaan met beperkt dikte-tekort bij steenbekledingen? | Ten aanzien van vraag (i) is geadviseerd om uit te gaan van een realistisch beeld van de kwaliteit van de grasmat. Als dit onzeker is (en deze onzekerheid is relevant), dan wordt geadviseerd om niet een bovengrens te kiezen maar werken met scenario's en kansen van scenario's. Hierbij wordt opgemerkt dat er ten aanzien van de beoordeling van de grasmat vaak nog wel aanscherpingen mogelijk zijn (bv. meenemen hoek van golfinval, overstap cumulatieve overbelasting voor GEKB en samenvoegen mechanismen GEBU en GEKB). Ten aanzien van vraag (ii) wordt geadviseerd om na te gaan of het dikte-tekort in de orde van de nauwkeurig van de veiligheidsfactoren is. |
Brede Groene Dijk - HR | WS Hunze en Aa's | 22-4-2021 | Het Adviesteam is gevraagd om deel te nemen aan een werksessie aangaande de te hanteren Hydraulische Belastingen (met name golfcondities) voor de Brede Groene Dijk. | Het Adviesteam heeft aangegeven dat er op dit moment geen reden is om de met de Hydra's bepaalde golfcondities aan te passen. Wel is er een mogelijkheid om de te hanteren eis aan te scherpen (bv door combineren van mechanismen GEKB en GEBU). Ten aanzien van de onzekerheid van de Deltagoot proeven is geadviseerd om het ontwerp zodanig in te richten dat met deze onzekerheid kan worden omgegaan: een hoekpuntenanalyse kan helpen om na te gaan in hoeverre het ontwerp gevoelig is voor deze onzekerheden. |
Neder Betuwe | WS Rivierenland | 22-4-2021 | Waterschap Rivierenland (WSRL) ontwerpt haar dijken op een kruinhoogte waarbij de hoogte is bepaald op basis van een kritiek overslagdebiet van 10l/s/m. Voor de verificatie van de macrostabiliteitseis bij significante overslag past WSRL in de basis de semi-probabilistische werkwijze uit de KPR Factsheet ‘werkwijze macrostabiliteit i.c.m. golfoverslag OI2014v4’ toe. Bij probabilistische analyses voor het project Neder Betuwe (NeBe) is de indruk ontstaan dat de in de Factsheet voorgestelde aanpak leidt tot te hoge overstromingskansen die niet aan de norm voldoen. Ontwerpen die voldoen aan de criteria uit de semi-probabilistische werkwijze uit de Factsheet blijken namelijk bij probabilistische ontwerpverificaties niet te voldoen. Aan het Adviesteam is gevraagd hoe met deze resultaten om moet worden gegaan. | Er is (nog) geen kalibratie voor de semi-probabilistische werkwijze met significante overslag beschikbaar. Het Adviesteam maakt zich er sterk voor dat deze kalibratie uitgevoerd gaat worden, maar deze kalibratie valt (uiteraard) buiten de scope van dit project. Het Adviesteam waardeert de zorgvuldigheid waarmee WSRL de benaderende aanpak uit de Factsheet toepast en met probabilistische analyses verifieert. Het Adviesteam onderschrijft dat voor situaties waar de betrouwbaarheidseis relatief laag is én de onzekerheid in materiaalsterkte klein is, de benaderende WBI kalibratielijn een onderschatting kan geven van de kans op instabiliteit. Het Adviesteam heeft aanbevolen om in de probabilistische analyse alle dominante parameters als stochasten te modelleren; Zowel de materiaalsterkte, als de hydraulische belasting bij overslag (mate van infiltratie). Tevens heeft het Adviesteam geadviseerd om het te hanteren overslagdebiet niet als een uitgangspunt, maar als een ontwerpvariabele te beschouwen. |
Meanderende Maas (traject 36-3) | WS Aa en Maas | 1-7-2021 | Waterschap Aa en Maas heeft het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd de Technische Uitgangspunten Notitie (TUN) voor het project Meanderende Maas te reviewen. | Door het Adviesteam is geconcludeerd dat verfijning van uitgangspunten kan leiden tot besparingen en landschappelijke inpassing vergemakkelijken. In werkoverleggen heeft het Adviesteam samen met het project de optimalisatiemogelijkheden voor de mechanismen GEKB, STBU en STBI verkend. Het mechanisme STPH zijn reeds onderdeel van een separate verdiepingsstudie welke door het waterschap wordt uitgevoerd, waarvan ook verwacht wordt dat dit leidt tot optimalisatie van de opgave. |
Dijkversterking Marken | RWS | 4-6-2021 | Door het projectteam van de dijkversterking Marken is het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd om advies te geven over een toets op maat van de buitenwaartse stabiliteit van de kades in de haven. Na een eerdere beoordeling op basis van de OSPW zijn berekeningen uitgevoerd met de richtlijnen voor de (binnenwaartse) stabiliteit uit POVM-publicaties. | Het Adviesteam heeft geadviseerd om de uitgevoerde berekeningen te relateren aan de gebeurtenissen die achtereenvolgens moeten optreden voordat sprake is van een overstroming. Uit de uitgevoerde stabiliteits- en overslagberekeningen volgt dat de kans op een overstroming door een buitenwaartse instabiliteit ruimschoots voldoende is vanuit het oogpunt van de overstromingskansnorm. |
Project overstijgende WSRL-memo | WS Rivierenland | 25-2-21 | Waterschap Rivierenland heeft een interne projectoverstijgende memo opgesteld ten behoeve van de materialisatie van de versterking van dijken met grond. | Het Adviesteam heeft met betrekking tot materialisatie geadviseerd, de aan de toe te passen materialen en de te stellen eisen, te benaderen vanuit de functie die het materiaal vervult in het dijklichaam en vanuit de overstromingskansbenadering. |
Stadsdijken Zwolle | WS Drents Overijsselsche Delta | 21-1-21 | Het waterschap heeft gevraagd welke tijdsverlopen gehanteerd dienen te worden voor de geotechnische mechanismen. | Het Adviesteam heeft geadviseerd om eerst in kaart te brengen of een gewijzigd waterstandsverloop van invloed in op het resultaat van de geotechnische berekeningen. Als dit van belang is, dan kan op basis van de bepalende factor voor de waterstand (meerpeil/afvoer gedreven of juist opgzetgedreven) een tijdsverloop geconstrueed worden. Mocht er geen eenduidige bepalende factor zijn, dan kan geacht worden aan het rekenen met scenario's. |
Stadsdijken Zwolle | WS Drents Overijsselsche Delta | 28-1-21 | Bij de bepaling van de versterkingsopgave werden verschillende resultaten gevonden voor de benodigde hoogte als gerekend werd met Riskeer of Hydra-NL. De vraag was waar deze verschillen door veroorzaakt worden. | We hebben de vraagsteller uitgelegd dat de som in Riskeer wezenlijk verschilt van de som in Hydra-NL: de bepaling van het overslagdebiet vindt in Riskeer volledig probabilistisch plaats en in Hydra-NL semi-probabilistisch. Dat betekent dat een zuivere vergelijking tussen beide modellen niet mogelijk is. |
Rijnkade Arnhem | WS Rijn en IJssel | 21-1-2021 | De Rijnkade in Arnhem is onderdeel van de primaire waterkering van dijkring 47-1 en is in de derde toetsronde afgekeurd op het faalmechanisme Macrostabiliteit Buitenwaarts (STBU). In de voorgaande verkenningsfase is het VKA welke het vertrekpunt is voor de huidige planuitwerkingsfase. Waterschap Rijn en IJssel en adviesbureau RHDHV hebben gezamenlijk de volgende drie hoofdvragen en een aantal deelvragen gesteld: 1. Hebben we een doelmatige set aan ontwerpuitgangspunten gekozen m.b.t. tot de sterkte en stabiliteit? 2. Leiden de ontwerpberekeningen van de nieuwe kadeconstructies qua dimensionering tot een doelmatig ontwerp? 3. Moet windinvloed worden meegenomen in de berekening van het overslagdebiet? | Het Adviesteam is van mening dat er overwegend een doelmatige set aan ontwerpuitgangspunten gekozen m.b.t. tot de sterkte en stabiliteit van de te versterken kadeconstructies (zie TUN). De voorwaardelijke kans op inundatie na een buitenwaartse afschuiving is echter conservatief zeker in combinatie met de schematiseringsfactor. Door hier verder te optimaliseren volstaat naar onze verwachting een ontwerp op basis van de Eurocode, waarmee op basis van het gelijkwaardigheidsbeginsel ook aangetoond kan worden dat aan de Waterwet wordt voldaan. Tevens is een toelichting gegeven op het gebruik van de PPL voor het project Rijnkade Arnhem. De constructies in de “hoge kade” liggen in de waterkeringszone en moeten voldoen aan de faalkanseis voor het faalmechanisme STBU volgend uit de waterveiligheidsnorm van het dijktraject. Voor keer- en gewichtsmuren in de “hoge kade” is de PPL niet geschikt. Voor de damwandconstructies in de “hoge kade” kan de PPL worden toegepast voor STBU. De damwandconstructies van de “lage kade” (die geen onderdeel van de opgave uitmaken) liggen in de invloedszone en vallen buiten de PPL vanwege de grote kerende hoogte en het afwijkend faalmechanisme. |
Schutsluis Macharen | WS Aa en Maas | 19-12-2020 | In het kader van het HWBP-project Ravenstein-Lith is een nadere veiligheidsbeoordeling uitgevoerd voor de schutsluis Macharen. Uit een eerste globale analyse is gebleken dat het kunstwerk mogelijk te laag is en daarom versterkt moet worden. Er is echter twijfel over de beschikbare komberging achter de sluis. De vraag is welke komberging wordt geadviseerd te hanteren? | Voor het bepalen van de beschikbare komberging is geadviseerd zoveel als mogelijk aan te sluiten bij de definitie uit de Waterwet (significante gevolgen en/of slachtoffers). In de Grondslagen voor hoogwaterbescherming is hiervoor een pragmatische handreiking gedaan. Een andere benadering kan zijn om te starten met de vraag vanaf welk kombergend vermogen er geen geen opgave is en dan in te schatten of dit realistisch is. |
Lauwersmeerdijk-Vierhuizergat | WS Noorderzijlvest | 14-1-2021 | Waterschap Noorderzijlvest en Wetterskip Fryslân voeren in samenwerking met Deltares onderzoek uit naar de sterkte van gras op het boventalud van de Waddenzeedijken. Hiertoe worden Deltagootproeven uitgevoerd en worden ook berekeningen gedaan met het numerieke model OpenFOAM. De resultaten gaan gebruikt worden voor probabilistische berekeningen voor het ontwerpen van de benodigde kleilaagdikte op het boventalud en het niveau van de overgang van de harde bekleding naar het gras. Naast toepassing in de projecten Lauwersmeerdijk-Vierhuizergat en Koehool-Lauwersmeer, is het doel om de resultaten breder toe te passen. Het resultaat van dit onderzoeksprogramma wordt omstreeks mei 2021 verwacht. Het Adviesteam is gevraagd om advies met betrekking tot de risicobenadering in de toepassing van de tussenresultaten. | Het Adviesteam heeft geadviseerd onderscheid te maken in projectspecifieke- en bredere toepassing van de resultaten. Voor de ontwikkeling van een breder toepasbaar (projectoverstijgend) erosiemodel heeft het Adviesteam geadviseerd om de modelontwikkeling methodisch op te pakken, zodat toekomstige proefresultaten eenvoudig toegevoegd kunnen worden en de toepasbaarheid van het model in afwijkende omstandigheden inzichtelijk is. Voor het project Lauwersmeer-Vierhuizergat en Koehool-Lauwersmeer heeft het Adviesteam geadviseerd om voor de parameters die de grootste invloed op de resultaten hebben puntsgewijs te onderbouwen in welke mate de proefsituatie vergelijkbaar is met de te modelleren ‘werkelijke’ situatie, wat het effect van afwijkingen is en hoe hier in het ontwerp mee om wordt gegaan. |
Gorinchem-Waardenburg | WS Rivierenland | 25-03-2021 | Door het HWBP en de Graaf Reinald Alliantie is een expertsessie georganiseerd over een innovatievoorstel over soilmix heaveschermen. Het Adviesteam heeft deelgenomen aan deze expertsessie. | Het Adviesteam heeft in het overleg onder andere gewezen op het belang van een realistische weergave van het gehele proces tot overstroming. In dat verband is er ook op gewezen dat het opstellen van een generieke richtlijn over soilmix richtlijnen bewerkelijker zal zijn dan het opstellen van een richtlijn voor de beoogde uitvoeringsmethode (hier: grondfrees). De uitvoeringsmethode heeft namelijk grote invloed op de karakteristieken van de soilmix-wand en de kans op verstoringen daarin. De betrokkenheid van het Adviesteam heeft bijgedragen aan het scherper definiëren van de scope en aanpak van het innovatieproject. |
Cuijk-Ravenstein | WS Aa en Maas | 3-06-2021 | De kering tussen Cuijk en Ravensteijn kent voor verschillende mechanismen een veiligheidsopgave. Het waterschap bereidt een versterking voor. Het project CuRa heeft het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd hen te challengen bij het bepalen van de versterkingsopgave. In een constructief en open gesprek zijn de mechanismen besproken die de veiligheidsopgave bepalen. | Geconcludeerd is dat op bijna het gehele traject een opgave rondom Gras Erosie Binnentalud bestaat. Voor piping en binnenwaartse macrostabiliteit zijn handelingsperspectieven bepaald en voor buitenwaartse macrostabiliteit is geconcludeerd dat de opgave vooral wordt bepaald door de klanteisen van de beheerder. |
Salmsteke-Schoonhoven | HH Stichtse Rijnlanden | 20-05-2021 | Het project dijkversterking Salmsteke-Schoonhoven heeft de verkenningsfase zo goed als afgerond en zal eind 2021 de planuitwerkingsfase starten. Een goed moment om vanuit de veiligheidsopgave in een challenge met het Adviesteam Dijkontwerp terug te kijken op het resultaat van de Verkenningsfase en na te denken over optimalisaties die nog mogelijk zijn in de planuitwerkingsfase. | De challenge vond plaats in twee delen. In de eerste sessie is vooral teruggekeken en het verhaal achter het veiligheidsbeeld geanalyseerd. De verschillende dragers van de veiligheidsopgave zijn besproken. In de tweede sessie is vooruitgekeken naar de planstudiefase en is per dijkzone gezocht naar optimaliseringsmogelijkheden voor het voorkeursalternatief. Specifiek is ingegaan op de buitenwaartse stabiliteit en de beslisboom piping. |
Sprok-Sterreschans-Heteren | WS Rivierenland | 27-04-2021 | Voor het HWBP-project Sprok-Sterreschans-Heteren heeft het Adviesteam een review uitgevoerd op de nadere veiligheidsanalyse die uit de voorverkenningsfase naar voren is gekomen. In deze analyse is de scope voor de faalmechanismen GEKB, GEBU, STBI, STBU en STPH vastgesteld en ingegaan op de invloed van de resterende onzekerheden op de veiligheidsopgave. | Doordat er nog onzekerheden spelen aangaande piping en macrostabiliteit binnenwaarts is de veiligheidsopgave nog niet stabiel. Naar de mening van het Adviesteam is goed inzicht verkregen in (de omgang met) de onzekerheden die op dit moment nog spelen. Geadviseerd is om (in ieder geval op de delen waar nu in het geheel geen opgave lijkt te bestaan) ook andere relevante faalmechanismen zoals GABI in de voorverkenning te beschouwen. Daarnaast is aanbevolen om met het HWBP af te stemmen op welke wijze het vervolg op efficiënte wijze vorm kan worden gegeven. |
IJsselmeerdijk 8-3 | WS Zuiderzeeland | 15-04-2021 | Op initiatief van het Waterschap Zuiderzeeland is door Deltares een methode ontwikkeld voor het probabilistisch beoordelen en ontwerpen van grasbekledingen, waarbij de faalmechanismen Gras Erosie Buitentalud (GEBU) en Gras Erosie Kruin en Binnentalud (GEKB) gezamenlijk worden beschouwd. Dit maakt scherpere ontwerpverificaties mogelijk. Het waterschap heeft het Adviesteam gevraagd om deze methode te reviewen. | Het Adviesteam acht de door Deltares ontwikkelde methodiek geschikt voor ontwerpverificaties van de IJsselmeerdijken. De uitwerking is gedegen. Het Adviesteam adviseert wel om de toepassing van de methodiek door deskundigen te laten begeleiden en controleren, gelet op het gebruik van state-of-the-art faalmechanismemodellen (cumulatieve overbelastingbenadering) en probabilistische rekenmethoden. Verder is aanbevolen om de berekeningsresultaten steeds aan een “sanity check” te onderwerpen en ze steekproefsgewijs te spiegelen aan reguliere ontwerpberekeningen. |
Meanderende Maas | WS AA en Maas | 18-3-2021 | Vanuit het ontwerpspoor Macrostabiliteit heeft het project dijkversterking Meanderende Maas advies gevraagd aan het Adviesteam Dijkontwerp over het meenemen van vervolgmechanismen bij de kans op overstroming door binnenwaartse macrostabiliteit. De reducties in opgave kunnen significant zijn wanneer met vervolgmechanismen rekening wordt gehouden. | Er hebben twee gesprekken plaatsgevonden waarbij de aanpak aan de hand van een voorbeeld is doorgesproken. De kern van de aanpak is, dat beschikbare kennis en modellen worden gebruikt om voor elke specifieke locatie een goede kans op macro-instabiliteit te bepalen. Daarbij wordt na een initiële afschuiving een reële inschatting gemaakt van mogelijke vervolgafschuivingen, rekening houdend met de profielverandering en de afname van de grondsterkte in de verstoorde zone. De keuze van een evenwichtige set uitgangspunten is een belangrijk onderdeel van deze aanpak net zoals een check van de geloofwaardigheid van de uitkomsten. Bij deze laatste check is het belangrijk om opnieuw naar de keuze van uitgangspunten te kijken. Wanneer een andere keuze van uitgangspunten tot een ander handelingsperspectief leidt, worden deze opnieuw beschouwd. Een dergelijke aanpak leidt tot een uitlegbaar resultaat. |
Veilige Vecht | WS Drents Overijsselsche Delta | 17-12-2020 | Het project Veilige Vecht heeft als doel om de waterveiligheid voor het gebied achter de dijken tussen Dalfsen en Zwolle te waarborgen. Het waarborgen van de waterveiligheid kan via het versterken van de dijken, of met behulp van watersysteemmaatregelen in het stroomgebied van de Vecht. Door het project is aan het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd om mee te lezen met de Technische Uitgangspunten Notitie voor het versterken van waterkeringen. | Het Adviesteam kon de aanpak goed volgen en heeft enkele aandachtspunten en risico’s bij de uitgangspunten aan het project meegegeven. |
Waterschap Rivierenland Review pipingtool | Sander Kapinga, Tom de Wit (WSRL) | 17-12-2020 | Waterschap Rivierenland (WSRL) heeft voor de beoordeling en het ontwerp van primaire waterkeringen een tool ontwikkeld waarmee de kans op het optreden van het faalmechanisme piping kan worden bepaald. WSRL wil draagvlak creëren voor deze PipingTool, om vervolgens de tool landelijk beschikbaar te stellen. Het waterschap heeft het Adviesteam Dijkontwerp daarom gevraagd de PipingTool te reviewen. | Het Adviesteam waardeert de zorgvuldige opzet en transparante documentatie van de PipingTool en ziet een meerwaarde in het verkrijgen van vlakdekkend inzicht in de pipingproblematiek in een gebied. Het Adviesteam heeft geadviseerd om duidelijk in de gebruikershandleiding aan te geven wat het toepassingsgebied is van de tool en om steekproefsgewijs controleberekeningen uit te voeren gedurende het rekenproces bij toepassing van de tool. Daar naast is geadviseerd om aan de gebruikers duidelijk te maken dat assemblage van de faalkans op doorsnedeniveau naar de faalkans op vakniveau en assemblage van vakniveau naar trajectniveau geen onderdeel is van de tool en om dit punt inhoudelijk verder uit te werken in een volgende versie van de tool. |
Apeldoorns Kanaal | Claus Kruyt (WSVV) | 17-12-2020 | Waterschap Vallei en Veluwe bereidt de Dijkversterking Apeldoorns Kanaal voor. Aan de binnenzijde van de waterkering langs het Apeldoorns kanaal is een damwand aanwezig. Hierboven bevindt zich over een hoogte van circa 1,5 m een talud. Voor het mogelijke optreden van falen door GABI is door het waterschap een redeneerlijn opgesteld. Aan het adviesteam is de vraag gesteld of de opgestelde redeneerlijn valide is voor de ontwerpoplossing. Als de redeneerlijn valide is, hoeven aan het binnentalud voor GABI geen maatregelen getroffen te worden. | De conclusie van het Adviesteam is dat de gekozen aanpak waarbij een redeneerlijn is opgesteld een goede methode is. Het adviesteam adviseert om de redeneerlijn zoals die is opgesteld verder te onderbouwen en heeft daarvoor een aantal suggesties gegeven. Daarnaast heeft het Adviesteam aanbevolen een beperkte maatregel te overwegen. |
Neder-Betuwe | WS Rivierenland | 18-12-2020 | Naar aanleiding van de challenge heeft het project Neder-Betuwe een aantal vervolgvragen gesteld omtrent de modellering van de infiltratie bij overslag. Dit betrof enerzijds waarnemingen in proeven en anderzijds meenemen van de duur van overslag en tijdfractie water op het talud in de modellering van de infiltratie. | We hebben het project op het spoor gezet van de verslagen van diverse SBW-proeven. Daarnaast hebben we handreikingen gegeven voor een tijdsafhankelijk verloop van de overslag en het project verwezen naar het Achtergrondrapport OI2014v4 voor de fractie van de tijd dat het binnentalud nat is bij golfoverslag. Tot slot hebben we aanbevolen op zoek te gaan naar bandbreedtes: welke aanscherpingen zijn nodig om tot een ander besluit te leiden? |
Streefkerk-Ameide-Schoonhoven (SAS) | Erno de Graaf (HDSR) | 10-12-2020 | Voor het project SAS is op delen sprake van een hoogte-opgave. De vraag is of deze hoogte-opgave ook blijft bestaan als de nieuwste inzichten worden meegenomen. | Ten behoeve van deze vraag heeft het Adviesteam een model met de zuivere overbelastingmethode voor het spoor GEKB toegepast. Hieruit volgt de bevinding dat het hanteren van de benadering zoals deze nu in het BOI is opgenomen nog veilige keuzes op het gebied van o.a. golfhoogte en grassterkte bevat, maar dat er met name rond overgangen nog onzekerheden zijn. Voor het project is de invloed van deze veilige keuzes en onzekerheden in beeld gebracht. |
Dijktraject 68-1 Venlo | John Roubos (WSL) | 03-12-2020 | Waterschap Limburg heeft gevraagd het Technisch Programma van Eisen (T-PvE) voor de dijkverbetering Steyl-Maashoek te reviewen en hierbij speciale aandacht gevraagd voor de te hanteren lengte-effectfactor voor het faalmechanisme betrouwbaarheid sluiting. | Het Adviesteam heeft geadviseerd de lengte-effectfactor over te nemen uit het T-PvE, met de onderbouwing uit een (eigen) maatwerkadvies van het project. Deze kan ook in de beoordeling in een ToM worden toegepast. Verder zijn enkele praktische suggesties gedaan t.a.v. het T-PvE, waaronder aan de eis aan het zelfstandig sluiten van de waterkering. |
Culemborgse veer - Beatrixsluis (CUB) | Koen Volleberg (HDSR) | 03-12-20 | Het project CUB is eind 2019 gestart met het uitvoeren van peilbuismetingen en heeft in februari 2020 een verhoogde waterstand op de rivier en respons in de peilbuizen gemeten. Project vraagt of meetgegvens op juiste manier zijn geextrapoleerd en of dit betrouwbare input opleverd voor de veiligheidsanalyse. Daarnaast vraagt HDSR of het zinvol is om dergelijke analyses ook bij de andere projecten binnen het programma Sterke Lekdijk uit te voeren. | Het adviesteam ziet de meerwaarde van een op te bouwen geohydrologische dataset voor het ontwerp en juicht het gebruik van peilbuismetingen in het algemeen toe. In dit specifieke geval twijfelt of het veronderstelde lineaire verband tussen de rivierwaterstand en de peilbuisrespons op een juiste manier is bepaald, dit met name omdat het voorland in 2020 slechts een korte periode is ondergelopen. Verwacht wordt dan ook dat er een onderschatting van de respons is gemaakt door de gemeten respons als stationaire situatie te beschouwen. Daarnaast mist in de analyse een component, waarmee de model- en meetonzekerheid (die er zeker zal zijn) wordt afgedekt. Er is een nadere analyseslag gewenst, waarin de reeds beschikbare en nog te verkrijgen data nog beter benut kan worden. Hievoor zijn in het advies een aantal mogelijke vervolgstappen gedefinieerd. Als laatste is geadviseerd om de verkregen resultaten in zowel de piping- als macrostabiliteitsanalyses te benutten, zodat dit op elkaar aansluit. |
Neder-Betuwe | Michiel Schotvanger (WSRL) | 03-12-2020 | Voor het HWBP-project Neder-Betuwe heeft het Adviesteam een challenge uitgevoerd op de projectuitgangspunten voor de planuitwerkingsfase. Hierbij is gefocused op de thema's stabiliteit bij overslag, gevoeligheid dimensies stabiliteitsbermen en voorkeurslocatie van langsconstructies. | Op alle drie de thema's zijn meerdere subvragen van het projectteam beantwoord. Daarnaast zijn enkele algemene bevindingen die mogelijk raken aan het project (invloed afvoerverdeling splitsingspunten, beschikbaarheid tool cumulatieve overbelastingbenadering bij Adviesteam) geadresseerd. |
POV Kabels & Leidingen | Nisa Nurmohamed (POV K&L) | 10-11-20 | Vanuit de POV Kabels & Leidingen is gevraagd om een advies van de POV inzake een concrete ontwerpcasus te reviewen. | Het Adviesteam Dijkontwerp heeft in twee adviesmemo’s gereageerd op twee concepten van een advies van de POV K&L over het ontwerp van een leidingkruising met een damwandconstructie bij een bestaande dijk. De POV K&L heeft deze reacties meegenomen bij het opstellen van het finale advies aan het Waterschap Brabantse Delta. De reacties van het Adviesteam zijn als bijlage bij dit advies opgenomen. Het advies van de POV K&L wordt ontsloten via de digitale ‘Wegwijzer’ van de POV K&L. |
Stadsdijken Zwolle | Jan Gruppen (WSDOD) | 12-11-2020 | Door het Dijkteam Zwolle is het aanvaarrisico van een damwand als onderdeel van de waterkering langs een vaarweg geanalyseerd. De conclusie van de opgestelde redeneerlijn is dat het aanvaarrisico voldoende klein is vanuit het oogpunt van de Waterwet. Het Dijkteam Zwolle heeft het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd om de redeneerlijn te reviewen. | Naar het oordeel van het Adviesteam maakt de door het Dijkteam Zwolle opgestelde redeneerlijn duidelijk dat de kans op een overstroming door een aanvaring voldoende klein is vanuit het oogpunt van de Waterwet. Een nadere onderbouwing van deze conclusie met aanvullende berekeningen acht het Adviesteam niet nodig. |
Grebbedijk | Robbert Bruin (WSVV) | 22-10-2020 | Het HWBP-project Grebbedijk heeft het Adviesteam gevraagd te adviseren omtrent de innovaties en optimalisaties welke in de planuitwerkingsfase wel en niet worden meegenomen. | De voorgestelde optimalisaties zijn besproken en vastgelegd in een verslag. Hierin zijn ook aandachtspunten voor verdere ontwikkeling van de opgave in de planuitwerking vastgelegd. |
Diverse HWBP-projecten langs de Waal | Marike Olieman | 1-10-2020 | Waterschap WSRL heeft verschillende dijkversterkingsprojecten lopen. Een aantal van deze dijkversterkingsprojecten maken gebruik van de probabilistische benadering van GEKB. WSRL zou graag een eenduidige lijn hanteren voor dit spoor (specifiek keuzes voor overslagdebieten). Het Adviesteam is gevraagd om een beeld te schetsen van de stand van zaken aangaande GEKB en de te maken keuzes binnen projecten. | Het Adviesteam heeft een beeld geschetst van de lopende ontwikkelingen en relevante stukken beschikbaar gesteld. |
Neder-Betuwe | Willem Leeuwdrent (WSRL) | 14-9-2020 | Het adviesbureau dat voor WSRL voor Neder Betuwe werkt aan de geotechnische mechanismen heeft verschillen gevonden tussen berekeningen met verschillende databases. De vraag is of deze verschillen verklaard kunnen worden. | Het Adviesteam heeft vastgesteld dat de gevonden verschillen het gevolg kunen zijn van een iets andere combinatie van Hydra-NL en database fysica. Los daarvan lijken de gevonden verschillen (cm's) niet significant voor geotechnische mechanismen. |
Sterke Lekdijken | Arnold van der Kraan (HDSR) | 27-8-2020 | Voor de dijkversterkingen binnen het programma Sterke Lekdijken van HDSR geldt dat de veiligheids- en ontwerpopgave mede afhankelijk is van de afvoerverdeling op de splitsingspunten Pannerdense Kop en IJsselkop. Deze afvoerverdeling wordt geregeld door de regelwerken op de splitsingspunten en is voor de toekomst nog onzeker: het is nog onduidelijk of en zo ja hoe de instelling van de regelwerken wordt aangepast bij veranderende afvoerstatistiek. HDSR heeft daarom gevoeligheidsanalyses uitgevoerd voor verschillende instellingen van de regelwerken (deze zijn aangeleverd door de Helpdesk Water). De gevoeligheidsanalyse laten wat onverwachte resultaten zien en HDSR vraagt het Adviesteam of deze resultaten verklaarbaar zijn. | Het Adviesteam heeft vastgesteld dat er bij de duiding van de berekeningsresultaten enkele aspecten onderbelicht zijn gebleven, met als belangrijkste het feit dat verschillende locaties elk een eigen qh-relatie kennen a.g.v. verschillen in lokale bodemgeometrie. De onverwachte resultaten kunnen goed verklaard worden door het verschil in qh-relatie in rekening te brengen. Het gaat daarbij vooral om de helling van de qh-relatie bij de relevante afvoeren (lees: gevoeligheid waterstand voor verandering van afvoer). |
Stootbelasting glazen keringen | Kees Dorst (WSL) | 10-8-2020 | In het kader van onafhankelijke kwaliteitsborging is het Adviesteam Dijkontwerp door het Waterschap Limburg gevraagd om te reflecteren op (1) een memo van het waterschap over de omgang met stootbelastingen bij het ontwerp van glazen waterkeringen en (2) een concept-rapport van TNO over een verificatiemethode voor glazen waterkeringen. | De adviezen van het Adviesteam zijn vastgelegd in een tweetal adviesmemo's. Hiermee heeft het Adviesteam een bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van een ontwerpmethodiek voor glazen waterkeringen. |
Kop van de Betuwe | Willem Leeuwdrent (WSRL) | 6-8-2020 | Voor het HWBP project Kop van de Betuwe wordt de hoogteopgave nader beschouwd. Hierbij is bij WSRL/adviesbureau de vraag gesteld of het zin heeft om een nieuwe database fysica voor Riskeer te laten maken of dat volstaan kan worden met de huidige database in combinatie met een rekenwaarde voor het kritieke overslagdebiet. Daarnaast zijn er vragen over te hanteren klimaatscenario en kansverdeling kritiek overslagdebiet. | Het Adviesteam heeft geadviseerd om de huidige databse te blijven hanteren in combinatie met de afgeleide rekenwaarde. De toegevoegde waarde van een nieuwe database (met meer uitvoerlocaties) is beperkt ten opzichte van de overige onzekerheden. Ten aanzien van klimaatscenarios en overslagdebieten is geadviseerd om het geheel in samenhang te bekijken zodat geen stapeling van onzekerheden optreedt. |
Dijkversterking TiWa | Levinus Boxhoorn (WSRL) | 30-7-2020 | In het dijktraject Tiel-Waardenburg is een groot aantal niet-waterkerende objecten (NWO’s) aanwezig. WSRL heeft op basis van een faalpadanalyse aangegeven welke NWO’s geen bijdrage hebben aan de overstromingskans en kunnen worden behouden. De bijbehorende rapportage is ter review voorgelegd aan het Adviesteam Dijkontwerp. Hierbij is specifiek gevraagd om te beoordelen of het gevolgde proces (i) navolgbaar, (ii) correct en (iii) in lijn met het WBI/BOI is. Daarnaast wordt gevraagd om aandacht te schenken aan de gehanteerde gebeurtenissenbomen en de onderbouwing hiervan. | Het Adviesteam is voorstander van de gehanteerde faalpaden aanpak en heeft vastgesteld dat deze aanpak goed past bij de overstromingskansbenadering. Het adviesteam heeft geadviseerd om de gehanteerde redenatie om te buigen van "nee, tenzij" naar "ja, mits". Daarnaast heeft het Adviesteam geadviseerd om de faalpaden en gebeurtenissen meer centraal te zetten met een aanpak van grof naar fijn. Dit leidt waarschijnlijk ook tot een scherpere definitie van de faalpaden. |
Lob van Gennep | Yvonne van Kruchten (WSL) | 16-7-2020 | Het project Lob van Gennep bevindt zich in de verkenningsfase. Er worden drie alternatieven onderzocht. Er zijn diverse specialistische studies uitgevoerd naar het effect van de drie alternatieven op de hoogwaterstanden benedenstrooms. Deze zijn voorgelegd aan het Adviesteam. | Het Adviesteam heeft in haar review-advies aangegeven dat de studies juist en op basis van de juiste uitgangspunten zijn uitgevoerd, dat de studies een voldoende basis bieden voor de vergelijking van de effectiviteit van de alternatieven en dat de uitgevoerde berekeningen niet laten zien dat er een alternatief is dat duidelijk effectiever is dan de andere alternatieven. Het Adviesteam bevestigt hiermee de uitgevoerde studies en de resultaten hiervan. Mede op basis van dit advies heeft het project Lob van Gennep een belangrijke stap kunnen zetten in de verkenning. |
Gorinchem - Waardenburg | Bas Effing (WSRL) | 16-7-2020 | In het ontwerp van dijkversterkingen GoWa en WoS is gebleken dat de aanwezigheid van hoge aanbermingen (bijv. op -en afritten, woonterpen en verkeerswegen) kunnen leiden tot een te lage binnenwaartse macrostabiliteit door een hoger aangedreven moment, terwijl dergelijke gedeelten van de waterkering veelal als voldoende robuust worden gezien. Door WSRL is een algemene denkwijze opgesteld en het Adviesteam is gevraagd deze te reviewen. | Aanbevolen is om bij dergelijke hoge aanbermingen als startpunt uit te gaan van het ontstaan van een initieel (waarschijnlijk oppervlakkig) glijvlak en vervolgens na te gaan welke vervolgmechanismen moeten optreden voordat sprake is van een overstroming. De kans dat grote delen van de waterkering afschuiven worden kleiner geacht dan het optreden van oppervlakkige glijvlakken. Wanneer die aanname in een nadere analyse onderbouwd kan worden, mag worden gezocht naar een ander maatgevend glijvlak. Verwezen is naar het KPR-factsheet 'Afweging ter bepaling van glijvlak voor faalmechanisme macrostabiliteit binnenwaarts’. Het Adviesteam deelt de verwachting dat met een dergelijke analyse het ingenieursgevoel wordt bevestigd dat een waterkering met een brede kruin een kleinere faalkans heeft dan een waterkering met een smallere kruin. |
POV Dijkversterking met Gebiedseigen Grond | Martin van der Meer (WSL) | 7-5-2020 | De POV DGG heeft aan het Adviesteam gevraagd om het concept plan van aanpak van de POV te reviewen. Hiertoe zijn een aantal specifieke deelvragen gesteld. | Het Adviesteam onderschrijft de technische aanpak die de POV voorstaat. Hoofdlijn van het advies is om vanuit de functie van de grond in de dijk te redeneren en meer grondsoorten en eventueel niet-natuurlijke materialen in de POV mee te nemen. Verder vindt het Adviesteam dat er aandacht nodig is voor de omgang met onzekerheden in grondeigenschappen in relatie tot de overstromingskans benadering en dat aandacht nodig is voor hergebruik van gebruikte materialen. |
Dijkversterking Marken | Frank Roelse (RWS) | 12-4-2020 | Beheerder Rijkswaterstaat staat voor een dijkversterkingsopgave en heeft het Adviesteam Dijkontwerp advies gevraagd over de optimale methode ter bepaling van de stabiliteit en wijze van voorschrijven in het contract; de WBI methode dan wel de DOV-methode. | Er is nu op voorhand geen methodiek vast te stellen die de voorkeur heeft. Beide methodes hebben voor- en nadelen. Dit is onder ander afhankelijk van het ontwerp van de aannemer en de uitvoeringsmethode die wordt toegepast. Overwogen wordt om in de dialoogfase met de markt de aspecten voor deze situatie af te wegen en de gewenste methodiek te verankeren in het contract. |
Feijenoord City | Jan-Kees Bossenbroek (WSHD) | 2-2-2020 | In de plannen voor het nieuwe Feijenoordstadion maakt de primaire waterkering deel uit van de constructie van het stadion. Het waterschap moet straks de vergunningaanvraag toetsen. Door het waterschap is gevraagd met welke richtlijnen/technische instrumenten het ontwerp het beste beoordeeld kan worden, uitgaande van de norm uit de Waterwet. | Kijk vooral welke richtlijnen/technische instrumenten het meeste recht doen aan de fysica. Afhankelijk van het definitieve ontwerp wordt gebruik van de WOWK of de PPL aanbevolen. In de marge van het advies is tevens gesproken over de betekenis voor beheer, onderhoud en calamiteitenzorg wanneer de krachtsafdracht via onderdelen van het stadion plaatsvindt. |
Sterke Lekdijk | Paul Neijenhuis / Arnold van der Kraan (HDSR) | 12-1-2020 | Mogelijk wijzigt de huidige afvoerverdeling over de Rijntakken. HDSR wil met behulp van het veiligheidsinstrumentarium (Hydra-NL/Riskeer) de invloed van drie varianten van de afvoerverdeling op de versterkingsopgave (waterstanden en kruinhoogtes) in beeld brengen. Vraag aan het adviesteam is hoe de gevoeligheid van het ontwerp (effect Hydraulische Belastingen) voor de afvoerverdeling in beeld kan worden gebracht. | Advies bestond uit een toelichting op de wijze waarop de afvoerverdeling op de splitsingspunten nu in de Hydraulische belastingen is verdisconteerd. Het Adviesteam Dijkontwerp heeft een alternatieve aanpak uitgedacht waarbij - met enkele aanpassingen aan de database statistiek - met het huidige instrumentarium het effect van de afvoerverdeling kan worden gekwantificeerd. |
Dijkversterking Marken | Projectteam Marken (Frank Roelse) | 12-1-2020 | Het projectteam heeft een notitie opgesteld met een strategie voor de keuze voor de methode om de stabiliteit te bepalen. De vraag aan het adviesteam is om hier op te reflecteren. | Het Adviesteam adviseert om aandacht te hebben voor de formulering van de specificaties, de situaties waarin wel en niet mag worden gerekend met een verhoogde sterkte door overconsolidatie en de eisen ten aanzien van de uitvoeringstabiliteit en de stabiliteit na oplevering. Aandacht wordt gevraagd voor de overstromingskansbenadering in het ontwerp. |
IJsselmeerdijk 8-3 | David-Jan Smeenge (WSZZ) | 12-4-2020 | Door het Waterschap Zuiderzeeland is gekeken naar mogelijke verbeteringen in de modellering van de hydraulische belastingen. Dit wordt gedaan om tot een evenwichtige set ontwerpuitgangspunten te komen. Het waterschap heeft het Adviesteam Dijkontwerp gevraagd om te reflecteren op de door het waterschap voorgestelde koers. | Het Adviesteam heeft het project zowel enkele generieke overwegingen meegegeven als ook expliciet gereflecteerd op de door het waterschap aangedragen onderzoeksvragen. |
Wetterskip Fryslân Golfgootexperimenten | Diederik Bijvoet (HWBP) | 19-4-2020 | Wetterskip Fryslân en Waterschap Noorderzijlvest hebben samen met Deltares een plan opgesteld voor een reeks deltagootproeven om de erosiebestendigheid van grasbekleding in het deel boven de harde bekledingen onder golfaanval beter te kunnen bepalen. De verwachting is dat de harde bekledingen in de dijkversterkingen langs de Waddenzee dan minder hoog hoeven te worden opgetrokken. Het Adviesteam Dijkontwerp was door het HWBP gevraagd om het plan te reviewen. | Het Adviesteam heeft positief geadviseerd over uitvoering van de deltagootproeven. Aanbevolen is om de kennis-/ontwerpvragen vanuit de projecten van het Wetterskip en Noorderzijlvest centraal te stellen bij de verdere uitwerking van de proeven en de landelijke uitstraling als secundair te beschouwen, om zo een hoog rendement zeker te stellen. |
IJsselmeerdijk 8-3 | David-Jan Smeenge (WSZZ) | 6-10-2019 | Betreft continue begeleiding van het HWBP-project verbetering IJsselmeerdijk 8-3. In eerste overleggen is met name gefocust op de onderzoeksvragen die samenhangen met de onzekerheden in de vigerende HR en hoe hier op een pragmatische / verstandige wijze mee kan worden omgegaan. | Doorkijk gegeven naar de te verwachten 'plussen en minnen' in de HR en geadviseerd welke aspecten hierin het beste onderzocht kunnen worden en welke niet. |
Geertruidenberg en Amertak | Robbert Janssen (WSBD) | 14-6-2020 | Door Waterschap Brabantse Delta is advies gevraagd over de diepgang die nodig is voor de voorverkenning van een dynamisch keermiddel en het bestendigen van het voorkeursalternatief voor dijkversterking rondom Geertruidenberg. | Het Adviesteam heeft geadviseerd om op basis van bestaande modellen en informatie een quick scan met onzekerheidsbanden rondom kostenramingen van keermiddel en versterking uit te voeren. De quick scan geeft meer duidelijkheid over de informatie die nodig is om de business case van het dynamisch keermiddel te onderbouwen. |
IJsselmeerdijk 8-3 | David-Jan Smeenge (WSZZ) | 13-10-2019 | Advies rondom achtergrond en (conservatieve) keuzes in Hydraulische Belastingen | De Hydraulische Belastingen zijn tot stand gekomen op basis van (conservatieve) keuzes welke wellicht niet altijd recht doen aan de lokale situatie. Advies is om altijd goed te kijken naar de Hydraulische Belastingen en na te gaan of het ontwerp gevoelig is voor de gemaakte keuzes |
Waterschap Limburg Stootbelastingen | Wout de Fijter (WSL) | 12-4-2020 | Door het Waterschap Limburg wordt gewerkt aan een methode voor de omgang met stootbelastingen bij het ontwerp van o.a. glazen keringen en zelfsluitende keringen. Het Adviesteam Dijkontwerp is gevraagd om te reflecteren op de aanpak en uitgangspunten. | In een gezamenlijk overleg is de aanpak nader besproken. Het Adviesteam Dijkontwerp heeft positief geadviseerd over een tussentijds memo van het waterschap. Daarbij zijn ook suggesties gedaan voor (controle van) de verificatiemethode die momenteel door TNO wordt ontwikkeld in opdracht van het waterschap. |
Steentoets dijkvakken | Marius Palsma (WRIJ) | 19-4-2020 | Steenbekledingen die liggen op een talud dat steiler is dan 1:2,5 kunnen in Steentoets niet op afschuiving worden beoordeeld en ontworpen. In overleg met het ADO is een door het ADO ontwikkelde pragmatische toets ter beschikking gesteld. Het waterschap wilde graag een review op de toepassing van deze pragmatische aanpak om een dijkstrekking met steenbekleding op een steil talud toch te kunnen beoordelen. | "Het Adviesteam Dijkontwerp heeft een aangepaste rekenregel voor het beoordelen/ontwerpen ten aanzien van afschuiving van steenbekleding op steile hellingen in het bovenrivierengebied ter beschikking gesteld. Ook de toepassing ervan is gereviewd. " |
Stadsdijken Zwolle | Jan Gruppen (WDODELTA) | 9-2-2020 | Het waterschap vraagt of een voorgestelde aanpak voor bepaling van de stormduur past binnen de overstromingskansbenadering. | Het Adviesteam heeft aangegeven dat de gevolgde aanpak goed is. Wel een aanvulling: de aanpak gaat uit van een volledig storm gedomineerde situatie, wat niet altijd het geval hoeft te zijn. Het voorgestelde stormverloop past bij storm gedomineerde situaties. In geval van meerpeil gedomineerde situaties moet een langere duur gehanteerd worden. |
Hansweert | Klaas Kaslander (WSSS) | 12-7-2020 | Het waterschap heeft vragen met betrekking tot steenbekleding buiten (voldoet net niet aan de eis) en stabiliteit buitenwaarts (is de gebruikte beoordelingsmethodiek niet veel te conservatief?). | Het Adviesteam heeft het waterschap handvatten gegeven om de beoordeling van de steenbekleding aan te scherpen (wegnemen conservatieve aannames). Voor STBU heeft het adviesteam de redenatie voor een scherpere beoordeling toegelicht aan het waterschap |
Noordelijke Randmeerdijk | Joost Borgers (WSVV) | 1-3-2020 | De adviesvraag betrof begeleiding bij de nadere uitwerking van een eerder opgesteld KPR-advies omtrent de veiligheids- en verbeteropgave van de kunstwerken in het project. | Concrete aanwijzingen gegeven omtrent doorrekening van kunstwerken in Riskeer en meegedacht bij tot standkoming VKA's. |
Apeldoorns Kanaal | Kees Luijt (WSVV) | 15-3-2020 | Volgens de ON mag de reststerktebenadering bij macrostabiliteit binnenwaarts niet worden toegepast bij overslagdebieten van > 1 l/s/m. Dit zou zijn op te maken uit het KPR-factsheet Maatgevend glijvlak. Volgens ON is een hogere dijk nodig. Het waterschap wil hier niet aan en heeft het adviesteam om advies gevraagd. | Het Adviesteam ziet ook dat het KPR-factsheet niet zo duidelijk is op dit punt en gaat dit verduidelijken. Een hogere dijk is hier volgens het Adviesteam echter niet nodig, het voorliggende ontwerp voldoet naar verwachting ruimschoots als de overgangskansen tussen de knopen in het faalpad correct worden meegenomen. |
Wolferen-Sprok | Joost Frakking (HWBP) | 8-12-2019 | Vanuit HWBP is de vraag gesteld of de door het project afgeleide kruinhoogte op basis van probabilistisch overslagdebiet juist is afgeleid. | Ten behoeve van deze vraag zijn een aantal verificatie-berekeningen uitgevoerd met verschillende kansverdelingen voor kritieke overslagdebieten en verschillende zichtjaren. HWBP heeft deze informatie gebruikt om vast te stellen of de keuze voor de kansverdeling van het kritieke overslagdebiet (sterkte grasmat) significante invloed heeft op de scope/ontwerpopgave. |
Stadsdijken Zwolle | Jan Gruppen, Arjan Weijenborg (Fugro) (WDOD) | 2-2-2020 | Hoe kunnen/moeten we Hydraulische Belastingen bepalen als er geen uitvoerlocatie beschikbaar is voor de beschouwde doorsnede? | Het Adviesteam herkent de wens van waterschappen om op ieder punt een uitvoerlocatie te hebben, maar waarschuwt dat dit schijnnauwkeurigheid in de hand werkt. Dat gezegd hebbende is geadviseerd om middels ruimtelijke inter-/extrapolatie de Hydraulische Belastingen van beschikbare uitvoerlocaties te vertalen naar gewenste uitvoerlocaties. |
Waterschap Limburg algemeen | Arjan van Hal (WL) | 3-5-2020 | Vanuit de wettelijk zorg voor de waterkeringen binnen het beheersgebied heeft waterschap Limburg vragen over de wijze waarop invulling kan worden gegeven aan zorgplicht bij het ontwerp van waterkeringen die nauwelijks inspecteerbaar of moeilijk toegankelijk zijn. | In het advies wordt ingegaan op de verschillende aspecten uit de zorgplicht waarmee in het ontwerp rekening moet worden gehouden. Onderscheid wordt gemaakt tussen inspecteerbaarheid, mogelijkheden voor het nemen van noodmaatregelen, maatregelen in beheer en onderhoud en uitbreidbaarheid van de waterkering. |
Langsconstructies WSRL | Herman Jaap Lodder (WSRL) | 5-4-2020 | Het Waterschap Rivierenland had enkele knelpunten benoemd bij het ontwerp van damwanden op basis van de PPL en de PPE. Het Adviesteam Dijkontwerp is gevraagd om te reflecteren op deze knelpunten. | In een gezamenlijk overleg met WSRL en de POV-Macrostabiliteit is gesproken over de door WSRL geïdentificeerde knelpunten. De uitkomsten van dit overleg zijn meegenomen in het plan van aanpak van de POV-Macrostabiliteit voor doorontwikkeling van de PPL. |
Krachtige IJsseldijken Krimpenerwaard (KIJK) | Marco Weijland (HHSK) | 15-12-2019 | Zijn de benodigde kruinhoogtes van de verticale wanden in het project KIJK correct bepaald? Functioneert de nieuwe release van Hydra-NL naar behoren? | "De nieuwe Hydra-release geeft betrouwbare antwoorden en is correct gebruikt. Let op het verschil tussen bestaande en nieuw te ontwerpen verticale wanden in relatie tot het uitgangspunt voor overslagdebiet. Specifieke kanttekeningen en aanbevelingen bij het ontwerp van verticale wand bovenop een talud. Indien nodig is nog enige aanscherping van de benodigde hoogte van de verticale wand mogelijk door toepassing van EurOtop-manual. " |
Kunstwerken Noordelijke Randmeerdijk | Joost Borgers (Waterschap Vallei en Veluwe) | 15-3-2020 | De adviesvraag betrof begeleiding bij de nadere uitwerking van een eerder opgesteld KPR-advies omtrent de veiligheids- en verbeteropgave van de kunstwerken in het project. | Concrete aanwijzingen gegeven omtrent doorrekening van kunstwerken in Riskeer en meegedacht bij vaststellen VKA's. |